Uitstelgedrag (mei 2021)

Uitstelgedrag (mei 2021)

Hoe komt het dat het telkens lastig blijkt om een tijdslimiet te halen? De laatste uren van de maand mei worden gebruikt om snel even de laatste hand te leggen aan een blog. De hele maand weet je dat je die uiterlijk de laatste dag van maand af wilt hebben … en toch … waarom wachten (lees: uitstellen) tot het laatste moment?

 

Zullen we opstaan of nog een keertje snoozen? Zal ik muesli met melk nemen of een plak ontbijtkoek? Start ik met het voorbereiden van de middagvergadering of kijk ik beter eerst even rond op Facebook? Zal ik vanavond spaghetti maken en later sporten, of toch pizza bestellen op de bank met een filmpje?’

 

Ons brein is niet geprogrammeerd is om non-stop gemotiveerd en energiek te zijn, maar om lui te zijn! Het heeft last van het opraken van je motivatie. Motivatie is namelijk niet iets waar de natuur ons een oneindige bron van heeft mee gegeven. We moeten het daarom doen met een beperkte slimme-beslissingen-voorraad, voordat uitstelgedrag om de hoek komt kijken. Een voorraad die we er doorheen kunnen jagen door allerlei beslissingen telkens opnieuw te nemen, met het risico (of eigenlijk bijna ‘de garantie’) dat je steeds meer verkeerde en de meest luie en makkelijke beslissingen gaat nemen. Zodra de wilskracht en discipline namelijk op zijn, steekt het uitstelgedrag en impulsiviteit de kop op.

 

De voorraad motivatie kan alleen op peil blijven door vaste gewoontes in te bouwen. Goede gewoontes die je dag beter maken – en waar je, door ze te blijven herhalen, niet meer telkens over hoeft na te denken. Je dagelijkse beslissingen optimaliseren spaart een hoop energie en wilskracht van je brein. Discipline, vaste gewoontes, regels, rituelen, standaard acties, telkens opnieuw en opnieuw.

 

Uitstellers zijn we allemaal. Hoe herkenbaar zijn de volgende smoesjes om niet of later te beginnen met het werken aan een paar of meerdere kilootjes minder?

-Nu is het weekend, ik begin maandag;

-Ik voel me nu niet fit. Ik start als ik me weer fit voel;

-Het is nu veel te hectisch. Ik kan me nu niet ook nog op het afvallen richten;

-Ze zijn de keuken aan het verbouwen. Nu ik niet op mijn eigen fornuis kan koken lukt gezond koken niet. Dus dat afvallen stel ik ook maar even uit;

-Ik heb vandaag zo hard gewerkt, ik verdien wel iets lekkers. Ik begin morgen wel weer;

-Ik heb zo’n rotdag gehad, dan lukt het me toch niet om ook nog op de voeding te letten;

-Vandaag neem ik het er nog even van. Morgen begin ik;

-Och wat maakt het nog allemaal uit. Ben nu toch al de mist in gegaan. Ik ga morgen wel extra hard sporten;

-Ik ben al met de fiets gekomen, dan kan ik dit gebakje best eten;

-Ik ben in een slecht humeur, dat koekje zal mij helpen me beter te voelen;

-Ik ben hopeloos. Ik zou geen koekje nemen maar nu ik er 1 heb gehad kan ik net zo goed de hele rol opeten;

-Vandaag is toch al verpest, dan kan dat frietje er ook nog wel bij.

 

Laat goede gewoontes je dag beter maken.

Stop met excuusjes en smoesjes.

Stel niet uit tot morgen, wat je vandaag kunt doen!

 

(Vraag me nu al af: wanneer zal de blog van de maand juni verschijnen? 30 juni of eerder?)